Ferdinand Porsche Tentoonstelling Autoworld Brussels: The Heritage - from electric to electric

Van de ene Ferdinand naar de andere…

Zone 1 - Professeur Ferdinand Porsche (1875-1951) : de genie-uitvinder

• Lohner-Porsche Mixte hybride (1901)
  Eén van de eerste auto’s gebouwd door Ferdinand Porsche voor Lohner.
• Austro Daimler ADM Prinz Heinrich (1910)
  In snelheidswedstrijden met verschillende etappes, georganiseerd door Prins Henrich van Pruisen, eindigden deze auto’s op de eerste drie plaatsen. Eén ervan werd bestuurd door Ferdinand Porsche zelf.
• Austro Daimler ADS R Sascha (1921)
  Deze kleine raceauto was ook de eerste auto van de Professor met remmen op de vier wielen. De Sacha’s waren ontworpen met de Targa Florio voor ogen en in hun categorie legden ze beslag op de twee eerste plaatsen in deze wedstrijd.
• Austro Daimler ADM 1 Faëton (1924)
  Gebouwd door Ferdinand Porsche, die toen voor Austro Daimler werkte. Een merk dat besloot om luxe en prestige auto’s te bouwen, directe  afstammelingen van de Prins Heinrich.
• Austro Daimler Hill Climb Racing Car (1929)
  Deze unieke competitiewagen werd speciaal gebouwd voor Hans Stuck Sr., op basis van het chassis van een ADM III Sport. Eerder al had Hans Stuck 46 klimwedstrijden gewonnen met een Oostenrijkse Steyr en een Mercedes-Benz.
• Daimler-Benz Monza 2L (1924)
  Deze aerodynamische raceauto behaalde in 1924 de overwinning in de Targa Florio.
• Mercedes-Benz 720 SSK (1928)
  Gebouwd door Ferdinand Porsche en ingenieur Hans Nibel tijdens zijn periode bij Daimler Benz. Deze SSK is een korte versie van de SS.
• Auto Union Grand Prix Typ V16 Single Seater (1934)
  Eén van de eerste belangrijke opdrachten die het nieuwe studiebureau van Porsche binnenkreeg, was een éénpersoonsauto voor de firma Auto Union. De Professor ontwierp een auto die met zijn centraal achterin gemonteerde V16 van 4.360 cc met compressievoeding, zijn buischassis en zijn vier onafhankelijke wielen terecht revolutionair genoemd mocht worden. Deze auto werd nadien nog verder ontwikkeld. De Auto Union GP’s vochten hoofdzakelijk met modellen van Mercedes epische duels uit die in de geschiedenis van de autosport bewaard zullen blijven.
• Audi Front Cabriolet à moteur Wanderer (1934) & Wanderer W25K Roadster (1936)
  In 1932 werd beslist om de merken Horch, Wanderer, DKW en Audi samen te brengen in één consortium, dat Auto Union gedoopt werd. Het Konstruktionsbüro van Ferdinand Porsche ontwierp een atmosferische 6-cilinder van 1.963 cc met een vermogen van 40 pk, volledig in aluminium, aanvankelijk bedoeld voor een Wanderer, maar waar ook de Audi mee uitgerust werd.
• Auto Union V16 Stromlinienwagen (1938)
  Nadat een nieuw wedstrijdreglement de Type C van Auto-Union van de circuits verbannen had, bleven ze een rol als recordauto’s spelen. Met het oog daarop ontwierp Erwin Komenda, de ingenieur van Porsche, een heel aerodynamische carrosserie.
• Volkswagen Beetle Prototype V 30– (2^e reeks) (1937)
  Om de VW intensief te testen  bouwde Daimler-Benz 30 exemplaren met een gewijzigde carrosserie. De tentoongestelde auto is een reconstructie, want alle exemplaren van de V30 zijn na de tests om een onbekende reden vernietigd.
• Volkswagen Type 64 - Berlin Rome (1938)
  Deze wedstrijdversie van de VW was besteld om deel te nemen aan de 1500 kilometer lange wedstrijd Berlin-Rome (die uiteindelijk door de oorlog niet zou doorgaan). Hij was zo licht en aerodynamisch mogelijk gebouwd. Deze ‘Berlin-Rome’ ging alle modellen van Porsche met een motor achterin, te beginnen met de 356, vooraf.
• Volkswagen Schwimmwagen Type 128/166  (1944)
  Amfibieversie van de VW Kever.

Zone 2 : Ferdinand « Ferry » Porsche (1909-1998) : de ondernemer

• Volkswagen Beetle (split window) (1949)
  Professor Porsche had de Kever al in 1933 ontworpen als een auto voor het grote publiek, maar hij werd pas na de oorlog in productie genomen. Zijn afwerking was typerend voor de schaarste van net na de oorlog. De Kever zou een enorm succes hebben en van dit mythische model zouden er meer dan 21 miljoen exemplaren verkocht worden, een nooit gezien record in de autogeschiedenis.
• Volkswagen Beetle Cabrio (1950)
  Het tentoongestelde exemplaar dateert van 1950, maar lijkt nog erg op het prototype van 1938.
• Porsche Typ 360 Cisitalia (1947)
  Kort na de bevrijding vroeg de rijke Italiaanse ondernemer Piero Dusio aan de ploeg van Porsche in Gmünd om de beste Formule 1 ooit te bouwen. De auto kreeg de naam Cisitalia, naar de naam van de fabriek van Dusio, De auto heeft echter nooit zijn kwaliteiten kunnen tonen omdat de firma Cisitalia failliet ging.
• Porsche 356 America Roadster (1953)
  De nieuwe roadster die exclusief voor de Noord-Amerikaanse markt gebouwd werd, was veel lichter dan de toenmalige modellen uit de 356-serie. Hij is de voorloper van de 356 Speedster die specifiek voor de autosport bestemd was.
• Porsche 356 SL Coupé (1951)

• Porsche-Diesel A111 Volksschlepper (1954)
  Van 1949 tot 1957 werden er bijna 25.000 Porsche-tractoren gebouwd, waarvan de meeste met een luchtgekoelde dieselmotor.
• Porsche 356A Speedster (1958)
  In 1953 vroeg de invoerder van Porsche om een vereenvoudigde en minder dure versie van de cabriolet 356 te creëren. De ingenieur Erwin Komenda tekende de ‘speedster’ die al heel snel een icoon van de autowereld zou worden en die nog altijd met James Dean geassocieerd wordt.
• Porsche 718/2 Formula 2 (1960)
  Afgeleide versie van de Spyder 718. Deze opmerkelijke auto stond op technisch vlak heel dicht bij de 356 en werd aangedreven door een viercilinder Carrera boxermotor.
• Porsche 356B Roadster (1961)
  Dit model was de opvolger van de 356A. Deze was gemakkelijk te herkennen aan zijn hoge bumpers. Omdat de fabriek van de carrosseriebouwer Drauz door een brand vernield was, werd de productie van dat model aan de fabriek D’Ieteren in Vorst toevertrouwd. In 1962 en 1963 werden er 724 exemplaren van gebouwd. Het grootste aantal was bestemd voor de Amerikaanse markt. Het tentoongestelde model is een zogenaamde ‘Normal’ waarvan de viercilinder boxermotor van 1.582 cc, 75 pk ontwikkelde.

• Porsche 356 Carrera Abarth GTL (1960)
  In 1959 vroeg Ferry Porsche aan de ingenieur Carlo Abarth, een voormalige medewerker van Porsche, om twintig chassis van de 356B 1600 GS te voorzien van een lichtere en beter gestroomlijnde carrosserie. In 1960 redde de eerste Abarth GTL de eer van Porsche in de 24 Uren van Le Mans door 10^e te eindigen in de algemene rangschikking en 1^e in de categorie ‘Sport’.

• Porsche 550 Spyder (1955)
  Lichte racewagen die het gamma van de 356 in de autosport vervolledigde. De wagen die in 1953 voor de 24 Uren van Le Mans werd ingeschreven, was de eerste auto met een centraal achterin gemonteerde motor die aan die wedstrijd deelnam. Het tentoongestelde exemplaar maakte deel uit van de reeks van 90, waartoe ook de ‘Little Bastard’ van James Dean behoorde.
• Porsche Spyder 718W RS60 « Grossmutter »
  De voorvader van de Boxster kende van 1960 tot 1964 verscheidene successen in uithoudingswedstrijden. Wegens zijn voor een racewagen uitzonderlijk lange carrière, kreeg de Porsche 718W de bijnaam ‘Grossmutter’ (grootmoeder).

Zone 3 : Ferdinand « Butzi » Porsche (1935-2012) : de ontwerper

• Porsche 911 (1964-1967)
  Om de 356 te vervangen, bouwde Porsche een grotere en krachtigere auto die tot een mythe zou uitgroeien. De auto die eerst 901 noemde, werd vervolgens tot 911 omgedoopt. De carrosserie was van de hand van Butzi en het mechanische gedeelte was het werk van Ferdinand Pïech. De 911 was zo geslaagd dat hij vijftig jaar later nog altijd in productie is, uiteraard met heel wat aanpassingen.
• Porsche 912 Coupé (1966)
  Omdat de fabriek vreesde dat de prijs van de 911 een deel van de klanten zou afstoten, bracht ze twee jaar later een vereenvoudigde versie uit, de 912 met een viercilindermotor die van de krachtbron van de 356 afgeleid was. Deze auto had alleen maar voordelen en had in de VS en België een aanzienlijk succes.
• Porsche 904 Carrera GTS (1964)
  Als opvolger voor de Carrera Abarth en Spyder ontwierp Butzi Porsche in het grootste geheim een GT met een lichte carrosserie in glasvezel die met bouten en lijm op een stalen chassis bevestigd was. De motor werd centraal achterin ingebouwd met daarachter de vijfversnellingsbak van de 911. In het motorcompartiment werd een viercilinder Carrera ondergebracht. Op het einde van de productie werden sommige exemplaren, zoals het tentoongestelde model, met een 6-cilinder of zelfs een 8-cilinder uitgerust.
• Porsche 912 Targa (1967)
  Omdat de Amerikaanse wetgeving de veiligheid van cabriolets bij een koprol in vraag stelde, bedacht Butzi Porsche een opmerkelijke open carrosserie die met een vaste rolbeugel, een wegneembaar dak en een soepele achterruit uitgerust was. Dat vernieuwende concept werd Targa gedoopt en kende heel wat ontwikkelingen. Tot vandaag blijft die naam met dat type van carrosserie en met het bedrijf Porsche geassocieerd. Het tentoongestelde model is een 912 met een viercilindermotor.

Zone 4 : Ferdinand Piëch (1937) : de uitdager

• Porsche 906 Carrera 6 (1966)
  Ferdinand Pïech ontwierp de 906 als opvolger van de 904. Het wordt vandaag beschouwd als de eerste Porsche die specifiek voor de competitie ontworpen werd, en lag aan de basis van alle race- en uithoudingsmodellen van het merk (908, 910). De 906 zou tal van veranderingen ondergaan en in de mythische 917 uitmonden.
• Porsche 910/8 Bergspyder (1967)
  Gebouwd voor de heuvelklimwedstrijden. Slechts zes exemplaren gebouwd met een zeer laag gewicht. De tank bevatte maar 15 liter, de buisstructuur was in aluminium uitgevoerd en ze hadden geen generator.
• Porsche 917-021 K met psychedelisch kleurenpalet (1970)
  De Porsche 917 werd in 1969 voorgesteld. Deze revolutionaire en uitzonderlijke racewagen is ondertussen legendarisch geworden: een chassis in aluminium, een carrosserie in glasvezel en een 12-cilinder boxermotor (4500 cc – 520 pk) die uit twee 6-cilinders van de 911 bestond. Deze wagen behaalde heel wat overwinningen in uithoudingswedstrijden en  won ook twee keer de 24 Uren van Le Mans (1970/1971). En dankzij de film ‘Le Mans’ van Steve McQueen werd een 917K Gulf ook nog een filmster.
• Porsche 914/6 (1971)
  Deze sportwagen werd ontwikkeld samen door de firma’s Volkswagen et Porsche. Zij besloten om samen een sportwagen met centraal ingebouwde motor te ontwikkelen, de VW-Porsche Roadster Type 914. Naast de VW-versie met vier cilinders kwam er ook een Porsche-versie uit, de 914/6 (1969-1971) die door de 2,0-liter zescilinder van de 911 T uit 1968 werd aangedreven.. Ferdinand Pïech liet twee exemplaren van een 914/8 (zes cilinders – 310 pk) bouwen, waarvan er een aan Ferry Porsche geschonken werd voor zijn 60^e verjaardag.
• Porsche 917/30 Turbo CAN-AM (1972)
  Deze auto is een versie van de 917 die voor de Amerikaanse wedstrijden bestemd was. Om tegen de ‘big blocks’ van de Amerikaanse auto’s te kunnen concurreren, verhoogde Pïech de cilinderinhoud tot 5,0 liter en voorzag hij de twaalfcilinder van twee turbocompressoren. Daarmee liep het vermogen op tot 1200 pk. 
• Porsche 911 Carrera RS 2,7 (1973)
  Deze Carrera RS combineerde een laag gewicht met de brute kracht van een zescilinder boxermotor. Die mechanisch ingespoten krachtbron met een cilinderinhoud van 2,7 liter was goed voor een vermogen van 210 pk en maakte van deze wagen, zowel in de weg- als de sportversie, een van de efficiëntste auto’s van zijn tijd. Het fabuleuze motorgeluid en de in de motorkap geïntegreerde spoiler maakten van dit model een echte klassieker.
• Porsche 911 Carrera RSR 3.0 Henninger Alt (1975)
  In het midden van de jaren 1970 domineerde de 911 Carrera RSR verschillende kampioenschappen, zoals de European GT, de American Trans-Am en de Camel GT.
• Porsche 911 SC Martini Rally (1978)
  In 1978 werden twee exemplaren van de 911SC van drie liter voor de East African Safari klaargestoomd. Eén van deze auto’s eindigde op de tweede plaats. Met die eerste deelname aan een Afrikaanse rally deed Porsche de nodige ervaring op om in 1984 met aangepaste exemplaren van de 911 SC (vierwielaandrijving) beslag te leggen op de eerste plaats in de Paris-Dakar. Later zou Porsche die wedstrijd ook nog met de 959 winnen.
• Porsche 935/77 Martini (1977)
  Met deze auto dreef Porsche de ontwikkeling van het concept van de 911 tot in het extreme door en maakte daarbij maximaal gebruik van de mogelijkheden in het reglement. De stroomlijn werd spectaculair verbeterd: heel het achterste gedeelte van de cockpit werd bekleed met sandwichpanelen in glasvezel en polyurethaanschuim, en de auto kreeg een nieuw ontworpen spoiler. In plaats van met een grote turbo was de zescilinder nu met twee kleine KKK-turbo’s uitgerust.
• Porsche 956 (1982)
  De 956 werd ontworpen om aan de voorschriften van Groep C te voldoen, die als doel hadden om het verbruik te verminderen. Het is het eerste aluminium monocoque-chassis van Porsche dat bedoeld is om een neerwaartse kracht op te wekken. Dankzij de 956, die van meet af aan perfect was, domineerde Porsche het kampioenschap 1982 met als stercoureur Jacky Ickx, die zich in alle omstandigheden aan het stuur een waar genie toonde. Het is ook de Porsche (956 en 962) die het grootste aantal overwinningen in uithoudingsraces op zijn naam heeft staan: zes opeenvolgende overwinningen in de 24 Uren van Le Mans en vijf wereldtitels voor piloten en constructeurs in de periode 1982-1994.
• Porsche 959 (1986)
  Van bij zijn creatie was de 959 een revolutionaire auto, één brok technologie. De ontwikkeling duurde lang en hij werd pas in 1987 geleverd. Hij werd toen voorgesteld als het toonbeeld van de fantastische knowhow van de firma. In de competitie werd hij alleen in de Paris-Dakar wedstrijd ingezet – en met succes. De 959 was het uitgangspunt voor de ontwikkeling van de 4x4-versie van de 911.
• McLaren TAG MP4/2C  (1986)
  De TAG-Porsche motor werd in Weissach ontwikkeld voor de Formule 1 McLaren MP4. Het ging om een V6-motor van 1,5 liter met twee KKK-turbo’s waarvan de cilinders in een hoek van 80° opgesteld stonden. Hoewel deze krachtbron maar 150 kg woog, ontwikkelde hij toch 700 pk bij 11.500 t/min. In 1984 wonnen de McLarens met Niki Lauda en Alain Prost aan het stuur twaalf van de zestien races. McLaren-TAG werd wereldkampioen bij de constructeurs, met 25 overwinningen in GP-wedstrijden tussen 1983 en 1987. Het team veroverde ook drie wereldtitels bij de coureurs: Niki Lauda in 1984, en Alain Prost in 1985 en in 1986.

De Porsche 918 Spyder in Belgische avant-première in Autoworld !  

Eerbetoon aan de Porsche 911

Champagnebar

Een shop in de expo

Praktische informatie

Autoworld-Brussels

Openingsuren

Toegangsprijzen (*)

Bijkomende vragen?