Corona-kronieken: Vuil spel bij Audi en Opel in STW

De autosport moet noodgedwongen enkele maanden op vakantie. Terwijl uw geduld buitengewoon op de proef wordt gesteld, graven wij in de rijke archieven van onze passie om u enkele pareltjes uit het (verre) verleden voor te schotelen. In 1999 besloten Audi en Opel elkaar bij het nekvel te grijpen tijdens de finale van het STW-kampioenschap. Uwe Alzen (Opel) werd kampioen, maar voor de groene tafel werd de titel overgedragen aan Christian Abt (Audi). Maar of een van hen het echt verdiend had?

De situatie voor de finale

Op de Nürburgring maken de STW-deelnemers (kort voor Super Tourwagen Cup) zich op voor de finale van het kampioenschap van 1999. De eerste wedstrijd is gewonnen door Uwe Alzen (Opel), die zijn achterstand op leider Christian Abt op die manier verkleint tot zestien punten. Het puntenbarema voor de tweede wedstrijd is als volgt:

1	2	3	4	5	6	7	8	9	10	11	12	13	14	15	16	17	18	19	20
60	48	40	34	32	30	28	26	24	22	20	18	16	14	12	10	8	6	4	2

De start

Christian Abt dwingt zijn rivaal met de rug tegen de muur door beter uit de startblokken te schieten en de leiding over te nemen. Het offensief van de Audi-rijder zal echter niet lang duren: al op het einde van de eerste ronde slipstreamt de Opel weer naar de kop van het klassement. Abt blijft wel virtueel kampioen.

De oorlogsverklaring

De leider in de tussenstand geeft zich echter niet gewonnen en zet alles op alles in de remzone van de NGK-chicane. Hij duwt Alzen rechtdoor op de snellere variant en tekent op die manier een oorlogsverklaring. Eric Hélary (Opel) wil zijn teamgenoot, die overigens weinig tot geen nadeel heeft ondervonden aan het incident, beschermen en tikt Abt aan de kant in de Coca Cola-bocht. Vervolgens is het Abt die op brute wijze probeert om Opel-rijder Manuel Reuter achter zich te houden. De teerling is geworpen.

De frustratie

Uwe Alzen ziet de titel naderen door het trek- en duwwerk tussen Opel en Audi, en dat is niet naar de zin van Christian Abt. De man die in 2009 kampioen zal worden in de ADAC GT Masters wringt zich opnieuw voorbij Reuter, die na een rake klap tot de opgave gedwongen wordt. Het is een mirakel dat de gele A4 quattro ongehavend uit het duel komt, maar Abt stevent wel weer op de titel af.

Het ongeloof

Tom Kristensen (Honda) nestelt zich even tussen de twee titelprotagonisten, waardoor Uwe Alzen zich opnieuw heel even kampioen mag noemen. De latere veelvoudige Le Mans-winnaar is echter ook de betere van de Opel-rijder en grijpt op enkele ronden van het einde de leidersplaats. De titel verhuist nog maar eens van kamp.

Hoewel Abt nu zo goed als zeker is van de titel, lijkt het erop dat zijn teamgenoot Kris Nissen zich in de allerlaatste ronde laat terugvallen om de titelkandidaten op te wachten in de NGK-chicane. Uwe Alzen heeft niets meer te verliezen, lijkt niet te twijfelen en ramt - zogezegd met remproblemen - de gedubbelde Audi in de flank. Het zal Abt worst wezen, aangezien hij zich op enkele meters van zijn eerste titel bevindt. Dat is echter zonder Roland Asch (Opel) gerekend: de Duitser negeert al rondenlang een zwarte vlag en tikt Abt in de laatste bocht van de baan. Weg titel!

De groene tafel

Terwijl Alzen zijn gehavende Opel Vectra over de finish stuurt en zijn titel begint te vieren, zal het omstreden moment nog lang nazinderen in de paddock van het STW. Pas een maand later beslist de DMSB om de actie van Roland Asch als onbestaande te beschouwen. Ze gaan ervan uit dat die auto zich niet meer op het asfalt mocht bevinden en dat Abt dus in principe niet van de baan is geduwd. De federatie geeft hem de derde plaats in de slotrace en op die manier ook de titel.

Hieronder vindt u een samenvatting van die beruchte race uit het STW-kampioenschap: