Slovakia Ring: Zege voor Jan Versluis in race 1

Jan Versluis heeft de eerste race van de GT-divisies van de Supercar Challenge powered by Dunlop op de Slovakia Ring op zijn naam geschreven. Versluis kon in de wedstrijd aanvallen van het duo Herber/Lanting en vader en zoon Geddie afslaan en hierdoor solide naar de overwinning rijden. Jim en Glynn Geddie pakten na een spannend gevecht in de slotfase met Martin Lanting de tweede plaats. Lanting en Herber eindigden met hun Ferrari 458 GT2 wel op de derde positie. In de GT-divisie ging de overwinning naar het Engelse duo Wilkens/Scott in de Viper GT3 en in de GTB-divisie ging de overwinning naar Rudi Lemmens en Michael Wretschko met de KTM X-Bow.

Barry Maessen was een opvallende afwezige op de startopstelling. Bij zijn Viper ging in de kwalificatie namelijk de koppeling kapot en het team was het niet meer gelukt om dit tijdig te repareren. “De koppeling moest ontlucht worden en dat gaat bij zo’n Viper helaas niet gemakkelijk”, aldus Maessen, die later in de wedstrijd overigens nog wel aansloot. Door zijn vele ronden achterstand speelde hij deze race echter geen rol van betekenis.

Bij de start van de race werd het meteen een dragrace naar de eerste bocht tussen Jan Versluis en Bob Herber. In de eerste bocht was het hierna Jan Versluis die de beste lijn had en hierdoor de eerste positie kon pakken. Achter de twee Ferrari’s had Jan Storm een goede start. De BMW-coureur schoof vanaf de vijfde positie door nar de derde plaats. Jan Versluis kon in de eerste ronden zijn eerste plaats behouden, maar Bob Herber drong flink aan bij de Ferrari-coureur. Ook Jan Storm was snel onderweg, want hij bleef in de eerste ronden niet ver achter op beide koplopers.

Achter de top drie vormde zich na een aantal ronden een grote groep onder aanvoering van McLaren-coureur Jim Geddie. Achter Geddie sloten Henry Zumbrink, Peter Hoevenaars, Roger Grouwels en ook GT-divisie-coureur Jan van der Kooi aan. Geddie hield deze groep flink op, maar verdedigde zijn positie sterk waardoor zijn achtervolgers geen kans zagen om er meteen voorbij te gaan.

Jan Storm kon zijn goede start van de race in de beginfase geen vervolg geven. De BMW-coureur moest namelijk na een paar ronden een pitstop maken omdat hij een lekke band had opgelopen en viel hierdoor terug toch achter de fel vechtende groep.

Deze groep leverde rondenlang een spannend gevecht om de derde plaats. Zumbrink probeerde de hele tijd om aan Geddie voorbij te gaan, maar slaagde hier niet in. De Volvo-coureur kreeg op zijn beurt Hoevenaars achter zich aan, die na een paar ronden een inhaalactie waagde op Zumbrink. Hoevenaars slaagde er in om de vierde plaats van Zumbrink over te nemen en kon een ronde later ook met een knappe inhaalactie de derde plaats van Geddie overnemen.
Achter Hoevenaars ging het gevecht tussen deze groep verder door. Geddie bleef onder druk staan van Zumbrink en Grouwels, waarbij Zumbrink weer het haasje werd. Ditmaal lukte het Grouwels namelijk om aan de Volvo voorbij te gaan. Bij aanvang van het pitstopwindow kwam dit gevecht ten einde, omdat Geddie meteen naar binnen ging en Grouwels en Zumbrink vrij baan gaf.

Door de resultaatseconden was Peter Hoevenaars na de pitstops achter Martin Lanting en Roger Grouwels terecht gekomen. Hierachter reden Jan Storm en Henry Zumbrink waar van dit tweetal Zumbrink de strijd voortijdig moest staken. Met nog een kwartier te gaan parkeerde Zumbrink namelijk zijn Volvo in de pitstraat. Problemen met de aandrijving bleken voor zijn voortijdige opgave te hebben gezorgd.

Na de pitstops had Jan Versluis de eerste positie nog steviger in handen gekregen. Achter Versluis was het nu Glynn Geddie die op de tweede positie lag. Glynn had het stuur overgenomen van zijn vader Jim en noteerde razendsnelle rondetijden, waarmee hij de snelste man op de baan was. Geddie liep dan ook in op Versluis, maar werd in zijn opmars belemmerd omdat hij van de wedstrijdleiding een drive through kreeg. Geddie bleek namelijk een seconde te kort stil te hebben gestaan tijdens de pitstops.

Hierdoor kreeg Martin Lanting de tweede plaats in handen, met vlak daarachter Roger Grouwels. Grouwels reed een snelle tweede fase van de race, maar werd evenals Geddie in zijn opmars gestaakt omdat ook zijn pitstop te kort bleek te zijn geweest. Ook Grouwels kreeg dus een drive through aan zijn broek. Grouwels viel hierdoor terug tot achter Geddie en Hoevenaars.

In de laatste ronden werd het nog uitermate spannend wie er de tweede plaats op zou gaan eisen. Die was namelijk in handen van Martin Lanting, maar Glynn Geddie was zeer snel onderweg en meldde zich in de slotfase van de race wederom aan de staart van de Ferrari 458 GT2. Een spannend gevecht volgde, dat uiteindelijk in de allerlaatste bocht werd beslist. Geddie plaatste zijn McLaren naast de Ferrari van Lanting, waarna Lanting naar buiten schoot en op het vuile gedeelte terecht kwam. Lanting schoot hierdoor rechtdoor in het grind en gaf de tweede plaats hierdoor aan Geddie. Lanting kon wel zijn weg vervolgen en eindigde toch nog op een mooie derde plaats. Aan Jan Versluis ging dit alles voorbij, hij pakte met uiteindelijk dertig seconden voorsprong de overwinning.

In de GT-divisie had Jan van der Kooi de beste start. De Lotus-coureur pakte in de eerste ronde de eerste plaats over van Viper-coureur Craig Wilkens, die ook posities prijs moest geven aan Martin Short in de Ferrari 458 Challenge, Pierre Etienne Bordet in de Volvo S60 V8 en Steve Vanbellingen in de BMW M3 Silhouette.

Van der Kooi bleef hierna sterk rijden. De Lotus-coureur kon aanhaken bij enkele snelle deelnemers uit de Super GT-divisie zoals Peter Hoevenaars en Roger Grouwels en kon hierdoor meteen een gat slaan tot zijn achtervolger Bordet. Bordet liep op zijn beurt elke ronde iets uit op Martin Short.

Bordet kon echter niet lang van de tweede plaats genieten. Na een tiental ronden schoot de Volvo-coureur namelijk de grindbak in waarmee hij veel plaatsen verloor. De tweede plaats kwam hierdoor in handen van Martin Short gevolgd door Craig Wilkens, Steve Vanbellingen en Wim Lumbeeck.

Ook na de pitstops was het Jan van der Kooi die op de eerste plaats lag, maar uiteindelijk lukte het hem niet om de overwinning binnen te halen. Met nog twintig minuten te gaan kwam Van der Kooi namelijk met technische problemen stil te staan langs de baan.

Hierdoor kwam de eerste plaats in de divisie in handen van Aaron Scott, die het stuur van de Viper GT3 had overgenomen van Craig Wilkens. Scott werd na de pitstops gevolgd door Lev Fridman, Ward Sluys en Wim Lumbeeck. Fridman kreeg nog wel een drive through voor een te korte pitstop, maar kon wel zijn tweede positie behouden. Aaron Scott gaf zijn eerste plaats niet meer af en pakte hierdoor samen met Craig Wilkens de overwinning in de GT-divisie. Fridman werd tweede en Wim Lumbeeck vervolledigde het podium voor Vanbellingen-Sluys.

In de GTB-divisie bleven de posities bij de start van de race ongewijzigd. Michael Wretschko had hier met zijn KTM de beste start, gevolgd door Werner van Herck, Jurgen van Hover en Gerard de Jong. Wretschko en Van Herck konden hierna na een paar ronden uitlopen op van Hover en De Jong, die onderling wel fel met elkaar in gevecht waren.

Dit gevecht werd na een paar ronden en gevecht om de tweede positie in de klasse, omdat Van Herck na zes ronden zijn Mazda met technische problemen langs de baan moest parkeren. Bj dit gevecht kreeg Gerard de Jong niet veel later de tweede plaats in zijn schoot geworpen, omdat Van Hover spinde en hierdoor veel tijd verloor.

Na de pitstops was het Rudy Lemmens die het stuur van Michael Wretschko had overgenomen en nog steeds de eerste plaats in handen had. Achter Lemmens was Patrick Lamster, die op zijn beurt het stuur had overgenomen van Van Hover, die op de tweede plaats was komen te liggen. Gerard de Jong had namelijk zijn Porsche met technische problemen in de pitstraat moeten parkeren.