24H Spa: Ratel erkent dat BoP Audi in het nadeel stelde

SRO-baas Stéphane Ratel heeft aan het Britse Autosport toegegeven dat men tijdens de afgelopen 24 Hours of Spa een fout heeft gemaakt in de Balance of Performance en daardoor Audi de kans ontnam competitief voor de dag te komen. De Fransman geeft aan dat het voor hem kraakhelder is dat er een aanpassing moet komen naar het einde van het seizoen toe, maar of dat de plooien tussen Audi en SRO terug kan gladstrijken, blijft nog maar de vraag.

WRT kreeg in de eindfase nog een algemeen podium in de schoot geworpen toen zowel de Kessel Racing Ferrari als de Vita4One BMW quasi simultaan problemen kregen, maar kon op pure snelheid nooit wedijveren voor de zege. Waar de Audi op de rechte lijnen ruim 10 kilometer per uur aan topsnelheid te kort kwam, moesten de Duitsers risico's nemen om verloren terrein elders terug goed te maken. André Lotterer, wie samen met Christopher Mies en winnaar van vorig jaar Frank Stippler de #2 Audi bestuurde, gaf na afloop van de etmaalrace aan deze wedstrijd zwaarder te hebben gevonden dan de 24 Heures du Mans... Lotterer sprak over een flagrant gebrek aan snelheid en verwees naar de verschillende ronden achterstand op de winnende Mercedes zonder echt grote problemen te hebben gekend.

Na afloop van de wedstrijd was men in het WRT- en Audi-kamp alles behalve opgetogen met het verloop van de race en bij het Duitse merk stelde men op sommige momenten zelfs hun verdere deelname in vraag. Het grote probleem, volgens Audi, is dat SRO te ver gegaan is in de Balance of Performance en deze eerder een "Balance of Results" is waardoor een goed geolied team en sterke bezetting op een wagen niet langer het verschil kan maken. Ratel is er, volgens Autosport, evenwel als de kippen bij om de brokken te lijmen en wil dat de BoP aangepast wordt voor de seizoensafsluiter op de Nürburgring en de resterende meetings in de FIA GT Series. Enkel op die manier kan de Fransman de interesse van Audi in het kampioenschap naar volgend jaar toe trachten te behouden.

Foto's: Martijn Wouters