Preview: De Ferrari-expo in het Nationales Automuseum

Midden vorig jaar opende het Nationales Automuseum in het Duitse Dietzhölztal zijn deuren met een speciale expo rond 100 jaar Le Mans. Nu het eeuwfeest van de Franse klassieker achter ons ligt voorziet het museum dit jaar een nieuw thema rond wat allicht de meest ronkende naam is uit de automobielgeschiedenis: Ferrari. De opening van de expo is voorzien op zaterdag 23 maart maar wij van Autosport.be mochten in avant-première alvast een kijkje gaan nemen.

Wie onze site regelmatig raadpleegt zal zich misschien nog ons bezoek eind juli 2023, tijdens het openingsweekend, herinneren. Sinds die opening zijn al meer dan 40.000 bezoekers afgezakt naar het museum, een cijfer dat professor Friedhelm Loh ons ter plaatse met enige fierheid meedeelde. "Als je als automuseum het hele spectrum van de historiek van de automobiel wil tonen, is er aan Ferrari gewoon geen ontkomen aan" aldus ook de stichter. Vermits ook autosport een centraal thema is in het museum staan er, naast talrijke straatwagens, ook heel wat historische racewagens te blinken.

Bij het betreden van de expo viel ons oog meteen op de vijf 'hypercars' van Ferrari. De 288 GTO (1984), F40 (1987), F50 (1995), Enzo (2002) en LaFerrari (2013) staan er broederlijk naast elkaar opgesteld. Leuk detail: de F50 die hier staat is één van slechts twee exemplaren wereldwijd die standaard werden uitgerust met goudkleurige velgen.

De Ferrari 330 P3 / 412 P, waarover we het vorig jaar al hadden, maakte deel uit van de Le Mans-expo en dit prachtstuk bleef gewoon op zijn vaste stek staan. De 275-330 P nam in 1964 deel aan de 24 Uur van Le Mans maar zag in de handen van Mike Parkes en Ludovico Scarfiotti de finish niet. Met startnummer 144 won deze auto wel de 1000km van de Nürburgring datzelfde jaar. De blauwe Ferrari 212 Inter uit 1951 is dan weer de eerste racewagen van het Italiaanse merk in de VS. Ferrari haalde met de 212 een dubbelslag tijdens de Carrera Panamericana. Na de wedstrijd werden de wagens overigens verkocht door het Centro Deportivo Italiano, dat ook als sponsor op de auto staat. Zo bespaarde het merk een dure overtocht terug naar Europa.

Ook in de collectie staan de Ferrari 312 B2 (uit 1972 - #2) en 312 B3-74 (uit 1974 - #12) waarvan de eerste ooit nog werd bestuurd door Jacky Ickx. Veel recenter is de F2004 waarmee Michael Schumacher zijn laatste wereldtitel binnenhaalde. De auto in het museum is overigens de meest succesvolle Ferrari racewagen ooit, met liefst acht zeges op elf deelnames.

De meest recente Formule 1-bolide is de F1-2007 van Kimi Raikkonen, die al van op de parking zichtbaar is. Deze wagen is vooralsnog de laatste waarmee de rijderstitel in de F1 werd behaald. Na ons bezoek aan de Ferrari-expo gingen we ook (opnieuw) een kijkje nemen in de permanente tentoonstelling van het museum, bestaande uit meer dan 100 wagens. Ons oog viel vooral op de OM Fiat 150 Rolfo vrachtwagen die eind jaren '60 werd gebruikt om de racewagens naar de circuits te vervoeren. Tot slot spotten we ook de prachtige Ferrari 250 GT Berlinetta.

Vanaf zaterdag 23 maart is het Nationales Automuseum geopend van woensdag tot zondag van 11u tot 18u, in het weekend is het een half uur vroeger open. De toegangsprijs voor de permanente tentoonstelling is 19€, voor de Ferrari-expo betaal je 9,5€. Een combiticket kost 26€. Het adres is Museumstr. 1 te 35716 Dietzhölztal.
Meer info is te vinden op www.nationalesautomuseum.de.

Foto's: Geert Franquet