van der Horst

24H Zolder: Hans Saenen, de stille kracht achter de familie Longin

Hans Saenen & Bert Longin
Hans Saenen & Bert Longin
Hans Saenen is in de paddock van het Belcar Endurance Championship een gekende naam. De Vlaams-Brabander tekent nu al jarenlang paraat als 'go to guy' voor Bert Longin, en sinds kort ook voor zoon Stienes Longin. Saenen en de familie Longin, dat is een levensverhaal zo blijkt. Autosport.be zocht Hans en Bert op voor een gesprek over het heden en het verleden...
  • St. Paul

Hans, hoe heb je Bert ontmoet?

"Bert en ik zaten op dezelfde school. We zijn elkaar wel een aantal malen gepasseerd, maar kenden elkaar niet. Toen leerde ik mijn vrouw kennen in een lokale discotheek en haar vriendin bleek de vrouw van Bert te zijn. Zo hebben we elkaar leren kennen en nadien zou onze levensloop ook verstrengeld geraken, want ik heb een tijd boven Bert en Chris gewoond en heb de geboorte van hun kinderen ook van dichtbij mogen meemaken."

Hoe ben je uiteindelijk op circuit verzeild geraakt?

"(lacht) Dat is een goede vraag. Initieel was Bert helemaal geen circuitfanaat, hij was een motocrosser. Op een bepaald ogenblik vroeg hij me dan om te komen helpen met zaken als de mobilhome opstellen, de opbouw van de infrastructuur en het vasthouden van het pitbord, etc. Bert is vervolgens gestopt met motocross, maar ik was toen al gebeten door de autosportmicrobe. Op een bepaald moment heb ik een bon uitgeknipt uit het magazine Panorama. Met die bon kon je eens op circuit gaan rijden en ik had twee exemplaren, één voor Bert en één voor mezelf."

Dus waren de eerste stappen op circuit gezet...

"Ja, alhoewel. We gingen vroeger altijd naar races kijken, vanuit de tribune en met het tentje en de slaapzak. We vroegen ons altijd af hoe we ooit eens in die paddock konden geraken, bij een raceteam. Bij de test die we hadden afgewerkt, bleek dat Bert toch iets beter uit de voeten kon op circuit dan ik en hij is daarna via een kennis in Zolder beginnen racen, in 1996 bij AD Sport en Fons Taels. Van het een kwam het ander en na de eerste races in Zolder, volgde een eerste race in Spa. Nooit gedacht dat we ooit in het buitenland zouden rijden, laat staan in een Europees kampioenschap of een wereldkampioenschap!"

Maar dat gebeurde toch... en niet zonder succes!

"Onze eerste wedstrijd in het buitenland was in Colmarberg (Luxemburg nvdr.), voor zover je dat echt buitenland kan noemen natuurlijk. Maar Bert klom op, hij reed FIA GT, NASCAR... Plots werd dat verhaal groter en groter, we kwamen op circuits ver buiten onze landsgrenzen en reden bij befaamde teams, grote internationale namen eigenlijk. Ik heb met Bert heel wat afgereisd, van in Argentinië tot China en van Zweden tot in Dakar. NOOIT hadden we dat op voorhand voor mogelijk gehouden. We waren kleine racers, wij dachten zelfs nog niet aan racen in het buitenland, laat staan buiten Europa!"

Ondertussen is het niet gebleven bij één race in het buitenland...

"Neen, ik werk nu al een dertigtal jaar samen met Bert en we hebben al meer dan vijfhonderd races op onze teller. In die tijd heb ik driemaal een race moeten missen... Eenmaal door de plechtige communie van mijn zoon, eenmaal omdat ik in het ziekenhuis lag en eenmaal dit jaar toen Bert in België Belcar reed en Stienes in Frankrijk NASCAR. Ik kan me niet in twee delen... dus volgde er een moeilijke keuze."

Dat brengt ons bij Stienes, hoe kijk je naar hem?

"Ik heb Stienes weten opgroeien, letterlijk. Ik heb hem in mijn armen gehouden na zijn geboorte, was bij zijn eerste stappen op circuit en tracht hem nu in NASCAR te begeleiden zoals ik Bert heb begeleid. Ik ben een soort van vertrouwenspersoon voor hen. Ik gebruik al mijn ervaring om hem zo snel mogelijk te laten groeien in wat hij doet. Hij beschikt net als zijn vader over dat ruwe talent."

Wat doe je dan precies tijdens een weekend?

"Goh... (denkt lang na) Eigenlijk is dat helemaal niet duidelijk afgelijnd. Ik zorg ervoor dat een rijder zich kan concentreren op het racen, eens hij op het circuit is aangekomen. Ik zorg voor de mobilhomes, ik boek vluchten en hotels; ik behartig al het voorbereidende werk zodat de rijder zijn focus kan behouden. Tijdens het weekend zelf neem ik dan de rol op van spotter bij NASCAR of sta ik aan de muur met het pitbord, zoals bij de Belcar. Ik help ook met de strategie, wat in het begin zeker niet eenvoudig was, aangezien Bert en ik daar weinig verstand van hadden. Na verloop van tijd zag ik echter dingen; patronen en mogelijkheden. Aangezien ik in die rol iets kon betekenen, ben ik me daarin gaan verdiepen."

"En dat bleef niet onopgemerkt hoor", onderbreekt Bert Longin prompt het gesprek. "Vertel maar eens over die keer in Spa met Dr. Wolfgang Ullrich!"

"(lacht) Nog zo'n bizar verhaal. Toen Bert voor WRT deelnam aan de 24 Hours of Spa met Audi, had het team een drietal tentjes tegen de pitmuur waar de mensen tijdens de race in werkten. Uit gewoonte was ik daarin gaan zitten om de tijden te volgen. Ik noteerde alle rondetijden van de wagen op papier, zoals ik dat al jaren doe. Op een bepaald ogenblik kwam Dr. Wolfgang Ullrich naast mij zitten. Hij zei vriendelijk hallo en bleef me de ganse tijd in't oog houden. Tot er na afloop van de sessie een debriefing was en hij mij plots om mijn nota's vroeg. Toen bleek dat die geschreven nota's hem sneller een antwoord gaven dan de digitale systemen die Audi zelf had. Vanaf dat ogenblik kwam dr. Ullrich naar mij toe als hij iets moest weten over de tijden en de nota's van de wagen."

"Je ziet, 't is nen straffe hé, die Hans", knipoogt Longin. "Of hij me nu nog zou kennen, weet ik niet," gaat Hans door, "maar het heeft toen wel een indruk nagelaten op mij."

Je bent door de jaren heen toch wel meer gekende namen tegengekomen?

"Ja, maar dat is ons nooit slecht bevallen. Geen haar op ons hoofd dat in '96 dacht dat we in het buitenland actief zouden zijn en dan kom je plots met bekende rijders in contact... Marc Lieb, Karl Wendlinger, Stéphane Ortelli, Felipe Albuquerque, Andrea Bertolini... allemaal mensen die ons jaren nadien nog herinneren. Via Bertolini hebben we trouwens ooit een test kunnen afwerken op het Ferrari-testcircuit in Fiorano. Nadien nodigde hij ons uit om het huis van Enzo Ferrari te bezoeken, inclusief zijn persoonlijke vertrekken en kantoor. Zulke dingen meemaken, als autosportfan vooral, doet wel wat met een mens... Onthoud dat we begonnen waren met 'eens op Zolder te rijden' en nadien 'misschien ooit eens op Spa'... We hebben overal ter wereld geracet en met klinkende namen kunnen samenwerken, ook nu weer binnen de NASCAR-scène. Dat brengt ook een zekere druk met zich mee en bizar genoeg is de vraag nu niet langer: 'Hoe geraak ik vanuit de tribune in de paddock?' maar: 'Hoe geraak ik uit de paddock om eens een wedstrijd vanuit de tribune te volgen'?"

Foto: Vincent Wouters
 



  • De Swert Opticiens

Copyright 2000-2024 Autosport.be - Contacteer ons