Corona-kronieken: De drie grootste exploten van Ayrton Senna

3. Volharding voor eigen volk
Ondanks vier pole posities in zeven deelnames aan de Grote Prijs van Brazilië, ondervindt Ayrton Senna alle moeite van de wereld om zijn thuiswedstrijd te winnen. In 1991 grijpt hij zijn vijfde Braziliaanse pole positie op het circuit van Interlagos en slaat hij in de race al snel een kloof met de concurrentie. Een eerste thuiszege ligt voor het grijpen.Maar ook nu lijkt de overwinning hem niet gegund. Op een tiental ronden van het einde pruttelt de versnellingsbak tegen. Senna moet een enorme fysieke inspanning leveren om zijn F1-bolide in zesde versnelling te blijven besturen. Als bij wonder houdt hij aan de eindmeet drie seconden voorsprong over op Ricardo Patrese (Williams-Renault) en zes op teamgenoot Gerhard Berger. Baancommissarissen vliegen elkaar in de armen en het publiek zingt zijn held toe. Senna is zo diep moeten gaan dat hij niet kan terugkeren naar de pitlane en door de dokters uit de auto moet geholpen worden.
"Pas aan de eindmeet besefte ik wat er zopas gebeurd was", verklaart de man die dat jaar voor de derde keer wereldkampioen zou worden. "Vanwege de grote inspanning voelde ik een plotse kramp in de schouders en de nek. De pijn was absurd. De fysieke en mentale druk dat weekend was enorm, maar er kon maar één resultaat zijn. Ik heb zo hard gevochten om als eerste te finishen. Het kon niet anders. En het is ons gelukt."
(Lees verder onder deze video)
2. Een andere dimensie
We keren wat verder terug in de tijd, naar het eerste seizoen van Ayrton Senna bij McLaren-Honda. Na twee wedstrijden van het seizoen 1988 staat teamgenoot Alain Prost vrij comfortabel op kop in de tussenstand, onder meer omdat Senna in eigen land wordt gediskwalificeerd omdat hij te laat naar de reservewagen overstapt. De Grote Prijs in de straten van Monaco, waar Senna zich thuis voelt, zal echter voor een ommekeer zorgen.
"Ik kwam zo dicht bij perfectie dat ik ontspande en ruimte voor fouten creëerde. Daaruit heb ik geleerd. Ik ben er veel sterker door geworden", aldus Senna, die na Monaco een knop omdraait en maar liefst zes van de volgende acht wedstrijden op zijn naam zet. Omdat van de zestien wedstrijden enkel de elf beste resultaten in rekening worden gebracht, wordt de 28-jarige McLaren-rijder enkele maanden later voor het eerst wereldkampioen. Alain Prost heeft over het volledige seizoen meer punten gesprokkeld, maar zijn elf beste races blijken niet goed genoeg om de nieuwkomer bij McLaren te kloppen.
(Lees verder onder deze video)
1. Meester in de regen

Na een veelbelovend debuut in 1984, bekroond met drie podiumplaatsen aan boord van zijn Toleman-Hart, maakt Senna een jaar later al de overstap naar Lotus-Renault. In Brazilië bereikt hij het einde niet door elektrische problemen, maar in Portugal wordt de F1-wereld voorgesteld aan een fenomeen. De Lotus-rijder verovert zijn eerste pole positie, met bijna een halve seconde voorsprong op latere wereldkampioen Alain Prost (McLaren-TAG). De wedstrijd vindt plaats in apocalyptische omstandigheden en de polesitter voelt zich als een vis in het water. Senna laat de concurrentie achter en enkel Ferrari-rijder Michele Alboreto wordt niet op een ronde gereden.
"Ik ben de tel kwijtgeraakt hoeveel keer ik bijna crashte", vertelt de winnaar achteraf. "De omstandigheden waren echt gevaarlijk, nog meer dan vorig jaar. Vandaag ben ik erg gelukkig, maar vooral een geluksvogel die zijn auto op de baan heeft kunnen houden." Enkele maanden later volgt een tweede overwinning, op het circuit van Spa-Francorchamps, en het eindresultaat na zijn tweede seizoen is een verbazingwekkende vierde plaats in de einduitslag van het kampioenschap. Een groot talent is geboren...
Foto: Georges De Coster, McLaren
Tweet