Monaco: Sébastien Buemi terug naar het hoogste schavot

De tweede wedstrijd van de Monaco ePrix werd gewonnen door een oud-winnaar van deze race: niemand minder dan Sébastien Buemi. De Envision-piloot vertrok vanaf de achtste plaats, baande zich al snel een weg naar voren en reed uiteindelijk met een fraaie voorsprong naar de zege, voor Oliver Rowland (Nissan). Nick Cassidy (Jaguar) eindigde nipt als derde. Stoffel Vandoorne (Maserati) vertrok nog mee vooraan, maar zakte gaandeweg weg en moest zich tevredenstellen met de tiende plaats.

Gezien het circuit nog steeds nat was van de regen die eerder op de dag viel, werd de race een stuk anders aangepakt dan gisteren. Hoewel er weinig verschuivingen waren in de top vijf, was het Sébastien Buemi die al na drie ronden zijn eerste Attack Mode activeerde. Daarmee schoof de Zwitser op naar de top drie, waar hij zich wist te handhaven. Intussen hadden de meeste rijders om hem heen ook hun eerste Attack Mode geactiveerd, behalve Oliver Rowland. Hierdoor kon Jean-Éric Vergne (DS Penske), vertrokken vanaf de vierde plek, de leiding overnemen met een mooie voorsprong van zo’n drie seconden op het duo Rowland en Nyck de Vries (Mahindra).

Een Full Course Yellow na een crash van Lucas di Grassi (Lola-Yamaha) hield het veld even op zijn plaats, maar een safety car kort voor halverwege de race bracht iedereen weer bij elkaar. Nico Müller (Andretti) gleed in de aanloop naar Massenet recht de vangrail in, kwam tot stilstand na het plein, en dat betekende het einde van zijn race. Na de herstart begon het spel opnieuw. Enkele ronden later activeerde Rowland zijn eerste Attack Mode, wat hem echter de nodige tijd kostte om zowel De Vries als Vergne in te halen. Daarbij liep het regelmatig mis in de Nouvelle Chicane, waar hij ook Vergne passeerde door de chicane af te snijden. Rowland overwoog even om de Fransman weer voor te laten, maar dat idee liet hij varen toen De Vries zijn laatste Attack Mode activeerde en tot de aanval overging.

Rowland kon De Vries uiteindelijk niet achter zich houden en die kreeg een kleine voorsprong van twee seconden, maar toen zette Buemi de jacht in — en met succes. De Zwitser ging voorbij aan Rowland en haalde bij het ingaan van Sainte Devote ook De Vries in. Vanaf dat moment bouwde hij gestaag een comfortabele voorsprong uit. Rowland activeerde daarna zijn laatste Attack Mode, maar liet eerst Vergne opnieuw voorbij om zijn eerdere inhaalactie recht te zetten. Daarna haalde hij Vergne terug in, passeerde De Vries en probeerde Buemi nog bij te benen. Aangezien de energievoorraad bij iedereen ruim was door het lagere verbruik op het vochtige asfalt, bleek dat echter een onmogelijke opdracht. Zo mocht Buemi voor het eerst sinds 2019 opnieuw op het hoogste podiumtrapje plaatsnemen, pakte hij zijn derde zege in de stadstaat en trad hij bovendien toe tot de exclusieve ‘1000 punten’-club in de Formule E, naast Vergne en Di Grassi.

Achter de koplopers vonden nog enkele verschuivingen plaats. Nick Cassidy wist, na een matige kwalificatie, dankzij een grote energievoorraad toch naar voren te komen, gevolgd door António Félix da Costa (Porsche). De Portugees zette de nodige druk, maar Cassidy gaf geen krimp en verzekerde zich zo van zijn eerste podium van het seizoen. De Vries werd uiteindelijk vijfde, voor Vergne, Pascal Wehrlein (Porsche), Maximilian Günther (DS Penske) en Jake Dennis (Andretti). Stoffel Vandoorne, die als vijfde was gestart, wist zich lange tijd op P6 te handhaven, maar zakte in de tweede helft van de race langzaam terug en eindigde uiteindelijk als tiende.

Ondanks zijn tweede plaats vertrekt Rowland met een royale voorsprong uit Monaco; hij vergroot zijn voorsprong op Da Costa tot maar liefst 48 punten. Een punt daarachter volgt teamgenoot Wehrlein, terwijl Taylor Barnard (McLaren) een moeilijk weekend kende en slechts drie punten sprokkelde — met De Vries nu op zijn hielen. Bij de teams blijft Porsche de leiding behouden, al nadert Nissan tot op zeven punten. Mahindra was de grote winnaar van het weekend en verstevigde zijn derde plek in het klassement.

Na deze manche volgt een pauze van twee weken, waarna Formule E zich opmaakt voor wat vermoedelijk het belangrijkste weekend voor Nissan wordt: de dubbele race in Tokio.

Foto's: Kurt Vanhoenacker