van der Horst

Corona-kronieken: DTM in Zolder, de verregende thuiskomst van 2002

Laurent Aiello - Team ABT Sportsline Abt-Audi TT-R vs. Bernd Schneider - HWA Team - AMG-Mercedes CLK-DTM 2002
Laurent Aiello - Team ABT Sportsline Abt-Audi TT-R vs. Bernd Schneider - HWA Team - AMG-Mercedes CLK-DTM 2002
Maar liefst zestien keer was Circuit Zolder 'Home of DTM'. De Deutsche Tourenwagen Masters hadden dit weekend voor de zeventiende keer te gast moeten zijn op het Vlaamse circuit, maar de coronacrisis gooide roet in het eten. Het geeft ons wel de kans om terug te blikken op de rijke geschiedenis van de DTM in ons land. Na vier jaar van de radar verdwenen te zijn, keert de DTM in 2000 terug. Twee jaar later staat ook Circuit Zolder weer op het menu, maar dat weekend valt volledig in het water...
In het begin van de jaren 90 staat de DTM in het teken van een driestrijd. Opel en Mercedes vechten een Duits duel uit, met Alfa Romeo als scheidsrechter. De Italiaanse gewezen grootmacht doet het zeker niet slecht en slaagt erin om in 1993, nota bene bij het debuut van de Alfa Romeo 155 V6 Ti, kampioen te worden met Nicola Larini. Tijdens de openingswedstrijd in Zolder gaat de overwinning, in de gietende regen, trouwens tweemaal naar de latere kampioen.

(Lees verder onder de video)
 

Begin van het einde

Ze worden weleens de gouden jaren genoemd van de DTM, maar de eerste helft van de jaren 90 betekent evenzeer de kroniek van een aangekondigd afscheid. Niet alleen lopen de kosten voor de drie grote constructeurs in sneltempo op, in 1995 wordt bovendien beslist om het kampioenschap meer internationale allures te geven. Na 1994 neemt de DTM ondertussen ook afscheid van Circuit Zolder. Het International Touring Car Championship is een feit, maar dure verplaatsingen naar Suzuka en Interlagos, gekoppeld aan onvoldoende media-aandacht en toeschouwers op de circuits, betekenen dat de situatie niet langer houdbaar is. In september 1996 kondigen zowel Opel als Alfa Romeo hun afscheid aan. De DTM is dood.

Europees alternatief

Ondertussen heeft een ander toerwagenkampioenschap zijn tenten opgeslagen op Circuit Zolder. In 1994 wordt de Super Tourenwagen Cup boven de doopvont gehouden, een competitie gebaseerd op de Super Touring-bolides die uiteindelijk in heel Europa het mooie weer zullen maken. In het BTCC worden op een gegeven moment tot negen constructeurs officieel vertegenwoordigd! De STW bezoekt al in zijn debuutseizoen het circuit van Zolder - in 1994 komen dus zowel de DTM als het STW over de vloer - en die samenwerking zal nog tot en met 1997 voortduren. Thierry Boutsen zal voor Ford trouwens twee seizoenen van dat STW-kampioenschap betwisten.

(Lees verder onder deze video)
 

De terugkeer van DTM

Ook in het Super Touring-reglement worden echter dezelfde fouten gemaakt: de kosten lopen te hoog op en in de loop der tijd trekken meer en meer constructeurs zich terug. In Duitsland ontstaan discussies om de DTM nieuw leven in te blazen, met een relatief goedkope formule en een erg 'Duitse' kalender. Mercedes, Opel en Audi - al is de TT-R 2000 maar net op tijd klaar - zetten hun handtekening.

Twee jaar later staat ook Circuit Zolder opnieuw op de kalender. De grote terugkeer van de Deutsche Tourenwagen Masters wordt getrakteerd op een verregend circuit voor beide wedstrijden. Latere kampioen Laurent Aïello (Audi) zet beide confrontaties naar zijn hand. Bij Opel staat dat weekend ook een Belg aan de start, maar Yves Olivier valt uit in de eerste manche en zal nadien niet meer aan de start komen.
 

Foto: Audi AG
 



Dit artikel werd gepubliceerd door Gregory Deguelde in Deutsche Tourenwagen Masters op zondag 26 april 2020.
  • Powercars

Copyright 2000-2024 Autosport.be - Contacteer ons