Rudi Penders geeft zijn visie over de Formule ERA
Lees ook: Limburgs consortium presenteert Formulino E elektrische eenzitter
De ERA Mitsu-Bachi F110e is dus relatief gelijkaardig aan de versie met verbrandingsmotor. "Je hebt veel meer koppel en hoewel ik nog geen idee heb van rondetijden, denk ik dat we de chrono's van een F4 met ICE moeten kunnen benaderen. De ontwikkelingswagen die we hier vandaag meebrachten, zal bovendien nog verschillen van de uiteindelijke versie die de klantenteams krijgen. Zo maakten wij gebruik van een aandrijving met ketting, wat het ontwikkelingswerk eenvoudiger maakte, maar krijgt de uiteindelijke bolide gewoon een motor met versnellingsbakje, zoals in de Formule E."
Ook Dieter Vanswijgenhoven, die zowel het technische als het zakelijke aspect mee in goede banen leidt, was hoopvol op vlak van performantie. "Het gewicht van de wagen is hetzelfde als dat van de standaard F4-bolide. We beperken via het reglement bovendien de kracht die de elektromotor mag leveren, waardoor we een nivellering moeten zien tussen de verschillende types aandrijving. Ik verwacht net als Rudi dat we de rondetijden van een niet-elektrische F4 moeten kunnen klokken en waarom zelfs niet sneller; het vermogen van een elektromotor is immers meteen beschikbaar. We kijken echter ook naar de toekomst, bijvoorbeeld met de plannen om 17 inch-wielen te introduceren. Dat doen we niet enkel voor het visuele aspect...", klinkt het ietwat mysterieus bij de Limburger.
De denkpiste achter die update, moet vooral gezocht worden in de toekomst die de innovation class voor zich heeft. In die klasse mogen deelnemers namelijk hun eigen aandrijflijn gebruiken, wat variatie kan opleveren zowel op vlak van batterij als op vlak van motor. "Het subchassis dat we hebben gebouwd, biedt wel wat mogelijkheden tot de positionering van de onderdelen. Als we echter overstappen naar grotere wielen, is er geen enkele reden waarom de elektromotor nog in het midden zou moeten zitten. Als een team de motoren in de wielen zelf wil huisvesten, dan kunnen ze dat gewoon", bevestigt Rudi Penders. Op dit ogenblik beschikt de Formula ERA-bolide nog over een centraal geplaatste elektromotor nabij de achteras en geen in-wheel motor. "Hoe efficiënter de oplossing, hoe beter uiteraard, maar ongeacht de oplossing die een team hanteert, kijken we naar de regelementair vastgelegde 130kW beschikbaar vermogen. Het is dan enkel een kwestie van dat vermogen tijdens de race goed in de gaten te houden en in te grijpen wanneer die waarde wordt overschreden. Hiervoor hebben we een systeem met live-telemetrie in gedachten waardoor we op eender welk ogenblik meteen de nodige gegevens tot onze beschikking hebben."
Elektromotoren en een batterij, geeft dat kopzorgen op vlak van veiligheid? "Niet echt", stelt Penders gerust. "We hebben ervoor gekozen om de batterij aan te schaffen bij Sarolea (nvdr. een Belgische expert op vlak van batterij-technologie) en die batterij kunnen we eenvoudig uit de wagen halen. De batterijen zullen niet in de pitboxen worden opgeladen, maar uit de wagens worden verwijderd en vervolgens op een centraal punt worden opgeladen. Qua veiligheid, addresseert dat dus meteen heel wat punten. Ik verwacht dat we een 25-tal minuten kunnen rijden op volle snelheid, ruimschoots voldoende dus om de races van een goede 20 minuten af te werken."
Foto's: Ronald Janssens, Martijn Wouters & Niels Vaeck
Tweet